Op 1 januari 1994, een paar maanden nadat ik was afgestudeerd, is mijn moeder Hertha Gladys Liong-A-Kong – Ritfeld, overleden. Nog geen maand daarvoor was ze opgenomen in het Diakonesse Ziekenhuis nadat maandenlang onderzoek maagkanker had uitgewezen. In die maanden van onderzoek had ze pijn, heel veel pijn. Mijn vader hield mijn broer en ik, die in Nederland woonden, op de hoogte.
Toen de ziekte eenmaal was geconstateerd vlogen mijn broer en ik bijna direct naar Suriname om haar met de rest van de familie, bij te staan voor de operatie. Een leven zonder moeder kon ik me niet voorstellen en geen haar op mijn hoofd had een seconde gedacht dat ze er niet bovenop zou komen.
Mijn moeder was voor zover ik me kan herinneren, nooit ziek. In heel mijn leven heeft mijn moeder een keer in het ziekenhuis gelegen voor een blinde darm onsteking, maar verder was ze een super gezond mens.
Gezond eten, elke dag groente en sporten zijn ons met de paplepel ingegoten. Zelfs op haar 55ste basketbalde ze drie keer per week op Oase met haar dames clubje. Als ze niet basketbalde, ging ik ook wel rondjes met haar lopen. Soms gingen we naar de Cultuur Tuin, maar later liepen gewoon rondjes om het project waar we woonden. Short aan, patas aan en lopen maar. Nu ik terug kijk was dat quality time. Ook moet ik lachen als ik denk aan de tijd dat we nog in Wagenining in het District Nickerie woonden.
Op een avond, ik weet niet eens meer hoe we erop zijn gekomen, zouden we met de hele familie gaan rennen. Allemaal, iedereen, met z’n vijfen, mijn broer, zus, vader, moeder en ik. We woonden Parkweg nummer vijf en zouden rondjes rennen om het park. Zelfs ik die niet echt dol op joggen was had er zin in.
Wat ik me kan herinneren is dat mijn pa, die altijd super gezond is geweest en tot de dag van vandaag Godzijdank gezond is, lekker op de bank zat met een biertje toen wij, de rest van het gezin, zwetend helemaal moe thuis kwamen. Toen mijn moeder vroeg “Waar was je?” was zijn antwoord, ik heb een rondje gedaan. Weet je, je moet deze dingen opbouwen. Ik ga het rustig opbouwen. Je begrijpt dat dat de laaste keer was dat we ooit met z’n allen een poging hebben gedaan tot joggen, maar verder waren we wel een sportieve familie.
Behalve dat mijn vader, zoals het een oprichter van Real Sranan betaamd, altijd heeft gevoetbald, hebben mijn ouders vaak samen gesport. Ze hebben samen gevolleybald, getennist en gebasketbald.
Gezond eten was minstens even belangrijk. Mijn moeder die erg goed kon koken, mijn vriendinnen hebben het nog over haar Pom en Bruine Bonen, maaakte dagelijks heerlijke maaltijden klaar. Ze hamerde erop niet te veel olie en vetten te gebruiken, niet te veel rijst maar meer groente. Ook fruit was een belangrijk onderdeel. Behalve dat we appelbomen hadden die bijna altijd in bloei waren hadden we daarnaast ook gewoon altijd sinasappels, manjas of ander fruit in huis. Je kunt je voorstellen dat het schrikken was toen kanker was geconstateerd.
Een dag voordat ze onder het mes ging kwam ik aan in Suriname. Mijn pa heeft het hele gezin toen meegenomen naar het ziekenhuis om haar een hart onder de riem te steken. Wat was ik blij om haar te zien. Dat waren we allemaal. Het was een heerlijk samenzijn. Ik besefte niet dat dat de laatste keer was dat we met z’n allen samen zouden zijn.
De kanker was te ver uitgezaaid. Helemaal naar haar longen. Dat veroorzaakte de pijn. Ineens was ze er niet meer. De rest van de dagen zijn in een vlaag voorbij gegaan. Heel veel kan ik me niet echt herinneren, maar het was de eerste keer dat ik een Surinaamse begrafenis van zo dichtbij meemaakte en ook dat heeft me diep geraakt.
Haar geliefde zusters waren uit Nederland overgekomen, maar ook buren, vrienden, vriendinnen van heinde en verre kwamen condoleren, zingen, eten brengen, we hoefden echt geen vinger uit te steken. Roy en Patricia, eeuwenoude vrienden van de famlie, hadden de regie volledig in handen. Tot aan de dag van de begrafenis hebben we samen mijn moeder herdacht met verhalen en liederen. Die steun draagt je werkelijk door alles heen.
De dag van begrafenis staat mij wazig bij. Wat ik me wel kan herinneren is dat de kinderen van de buurt met rose en paarse Bouganvilles in hun handen, al zwaaiend een liedje hebben zongen om mijn moeder vaarwel te zeggen. Dat was mooi, prachtig ik zal ze altijd dankbaar zijn voor dat moment.
Mijn gevoel heb ik geprobeerd vast te liggen in onderstaand gedicht.
Mi Mama Mi Mama Wan bun, bun libi suma Mama Mama, Mi wan tak so furu Fa un lobi yu, ma mi no man feni wortu
Fu tak sa mi firi na in’ mi ati Ma, grantangi fu alla sani Alla lobi gi yu pikin, nanag yu masra Altijd yu ben de nanga wan zorgu brasa
Altijd yu ben de na unu sei Laf ten en ten di un ben krei Mama nanga un ati un sa brasa yu Lek wan gudu sa ben lob lafu, leisi nanga ala ten jepi suma En baja nang yu lobi wan, un papa
Mama, un na wan pisi fu yu Ma yu na wan pisi fu unu tu Bika yu sroto na un hati So un heri libi un sa tjari A lobi, krakti, nanga pasensi na ini wi Da wi sa memre yu nanga bun fur prisiri
Ma we zullen je nooit vergeten Daisy, Jeffrey, Tineke, Mireille |
|
Ik wens een ieder die nog een moeder en of moeder is heeft een hele fijne liefdevolle moederdag toe.